Naar de content
Faces of Science
Faces of Science

Getest: vijf tips tegen een writer's block

privearchief Linda Drijvers

Niet miepen maar typen, het is al jaren mijn trouwe motto. Als studente Nederlands tikte ik dan ook moeiteloos duizenden woorden voor weekopdrachten. Tijdens mijn master Cognitive Neuroscience leerde ik om kort en bondig mijn onderzoeksresultaten neer te pennen. Resultaat: tijdens mijn PhD zit ik soms in een woordelijke tweestrijd.



Ik ben op dit moment bezig om de onderzoeksresultaten van mijn derde hoofdstuk op te schrijven. Het tijdschrift dat we voor dit artikel in gedachten hebben vraagt om een inleiding van ongeveer één A4’tje. Ik loop al vast voor er één woord op papier staat, want hoe vat je nu al die literatuur samen van verschillende vakgebieden én vergeet je niets belangrijks? Na een paar dagen staren naar een onbeschreven blad stelde ik de diagnose: Ik had een ‘writer’s block’. 



Een ‘writer’s block’ – om heel eerlijk te zijn, het klonk me vaak wat treurig in de oren. Ik heb dan ook vaak tegen mijn stagiaires mijn niet-miepen-maar-typen motto gepredikt en ik moet zeggen dat dat voor mij ook altijd werkte. Goed, het roer moest dus om, en ik besloot voor jullie wat tips van het internet uit te testen zodat het schrijven van een werkstuk, paper of artikel nooit meer een probleem hoeft te worden.
Zo gezegd, zo gedaan. Dr. Google stelde mij de volgende vijf tips voor:

1. Ruim je werkplek op

Dit werkt rustgevend. Ik transformeerde de bodemloze put papieren op mijn bureau naar een meer georganiseerde chaos, kwam nog wat verloren aantekeningen tegen, en vond chocolaatjes tegen het schrijfleed. Vier sterren (niet geheel beïnvloed door de chocolade). ★★★★



2. Leg je huidige werk neer, en probeer eerst iets anders, iets kleiners – een kort verhaal, een column, een schets

Oh, ironie. Tot zover meer woorden in deze blog dan in de introductie van mijn paper. ★★



3. Bedenk het ideale aantal woorden per dag

Ja! Hier hou ik van. Ik schrijf graag onder druk. Op het moment is het iets rustiger, en ik merk dat mijn schrijflust daardoor een verlate zomervakantie heeft opgenomen. Ik stel mezelf het doel morgen een ‘goed’ A4’tje af te hebben (goed betekent voor mij dat ik het anderen kan laten lezen zonder schaamrood op de kaken). Een goede vriendin stelt mij een website (writtenkitten.co) voor die me een kattenplaatje per 100 woorden geeft. Motivation is everything. Mijn favoriet tot nu toe. ★★★★★

4. Lees andere artikelen ter inspiratie

Meer artikelen! Meer informatie! Ik verlies mezelf voor een dag in literatuur van elk van de drie vakgebieden (hersengolven, spraak en handbewegingen). Ik vind een wat ouder artikel dat bevindingen uit een van de vakgebieden kort samenvat, en ik kom artikelen tegen die ook meerdere vakgebieden in 1 A4 hebben samengevat. Ik krijg het gevoel dat ik nog meer van deze informatie in mijn introductie moet verwerken, maar zie ook in de structuur van de opbouw dingen die ik voor mijn eigen artikel kan gebruiken. ★★★

5. Maak een wandeling en leeg je gedachten

Hier heb ik geluk: het is 25+ graden, de zon schijnt en het instituut waar ik werk is omgeven door een bosrijke omgeving. Ik loop alleen een rondje door het bos tijdens de lunch. De artikelen die ik gisteren ter inspiratie heb gelezen beginnen een logisch verhaal te vormen (denk ik). Hm. Meh. ★★

SparkNotes CC BY-NC-ND 2.0

*

Het eindoordeel*


Na het volgen van deze tips is het tijd om de balans op te maken. Wat is nu de gouden tip? Ik schuif de nieuwe berg artikelen op mijn voorheen opgeruimde bureau opzij, pak nog een chocolaatje, en ga voor het volgende kattenplaatje. Niet miepen maar typen – maar dan met wat nieuwgevonden motivatie.

ReactiesReageer