Naar de content

Alan Turing, de verstoteling

Een zwart-wit portret van wiskundige Alan Turing.
Een zwart-wit portret van wiskundige Alan Turing.
Wikimedia Commons

Tegenwoordig zien velen hem als de ‘vader van de computer’. De Britse wiskundige Alan Turing bedacht in 1936 een aantal belangrijke concepten die het fundament vormden voor de computerrevolutie. Maar de briljante Turing worstelde ook met zijn homoseksualiteit in een tijd dat dit nog alles behalve geaccepteerd was. “De cel in of chemische castratie, wat zou u hebben gedaan?”

Concept van het nieuwe biljet van vijftig pond.

Bank of England via CC BY-NC-ND 2.0
Alan Turing op bankbiljet van vijftig pond

Op 15 juli 2019 kondigt de Bank of England aan dat Alan Turing het gezicht wordt van het nieuwe bankbiljet van 50 pond. Het concept dat de bank presenteert laat naast het portret van Turing, een formule en een tabel zien uit de wetenschappelijke publicatie waarmee hij de fundamenten van de moderne computer beschrijft. Ook is een Automatic Computing Engine zichtbaar, een van de eerste elektronische computer die Turing mede ontwikkelde, en zie je een Bombe-machine waarmee de Britten de geheimtaal van de Nazi’s ontcijferden in de Tweede Wereldoorlog.

Er waren meerdere gegadigden voor het nieuwe biljet waarop – dat was al bekend – een wetenschapper zou staan: onder ander Rosalind Franklin, een van de ontdekkers van DNA, en de natuurkundigen Stephen Hawking, James Clerk Maxwell en Ernest Rutherford. Het briefje met Turing komt vanaf 2021 in omloop.

Computers zijn overal. Bijna iedereen heeft er dagelijks mee te maken en niemand kijkt op van de ogenschijnlijke eenvoud waarmee de apparaten (meestal) doen wat we willen.

Toch was zoiets 100 jaar geleden, in een tijd dat nog niet eens ieder huis van elektriciteit was voorzien, vrijwel ondenkbaar. De Britse wiskundige Alan Turing, die later de eerste fundamentele schetsen voor een computer zou beschrijven op papier, was toen al geboren. Heden ten dagen wordt hij dan ook vaak gezien als ‘vader van de computer’.

Ondanks het roerige leven van Turing en het desastreuze einde er van is hij niet te beroerd om 59 jaar na zijn roemruchte dood een interview te geven aan Kennislink.

Meneer Turing, het begon allemaal zo mooi. U was een echte doorzetter.

“Dat kun je best zeggen. Ik kan me bijvoorbeeld nog herinneren dat ik op mij 14e voor het eerst naar de Sherborne School ging, een particuliere middelbare school op bijna 100 kilometer van waar ik woonde. Helaas viel die eerste schooldag precies samen met een nationale vervoersstaking. Ik ben op de fiets gesproken en heb hele stuk zelf gereden. Het was zo ver dat ik onderweg heb moeten overnachten, maar ik ben er wel gekomen.”

“Ach, het was eigenlijk nog een relatief onbezorgde tijd voor me. Ondanks dat mijn ouders en begeleiders graag wilden dat ik klassiek geschoold zou worden, kon ik me dagenlang buigen over de moeilijkste wiskundige problemen; of de relativiteitstheorieën van Albert Einstein bijvoorbeeld.”

Dus alles ging van een leien dakje?

“In eerste instantie wel. Ik had een geweldige vriend, Christopher Morcom. Hij zat in mijn klas en deelde met mij een passie voor wetenschap en wiskunde in het bijzonder. We schreven tijdens de lessen vaak briefjes aan elkaar met lastige raadsels.”

“Helaas kwam daar een einde aan. Christopher overleed plotseling aan tuberculose, een ziekte die hij waarschijnlijk al jaren eerder had opgelopen door het drinken van besmette melk. Zijn overlijden raakte me diep. Wat toen bijna niemand wist is dat hij mijn eerste liefde was.”

Wat vreselijk, zijn overlijden moet u voor het leven getekend hebben.

“Natuurlijk, ik was er helemaal kapot van. Maar het heeft ook mijn interesses een bepaalde kant opgestuurd. Ik raakte erg geïnteresseerd in het bewustzijn. Hoe kon het zo zijn dat iemand die er de dag daarvoor nog was opeens verdween? Wat was er met het bewustzijn gebeurd? Wat is het bewustzijn?”

“Ik begon alle mogelijke wetenschappelijke werken over het brein te lezen. Biologie, filosofie, wiskundige logica en quantummechanica, ik moést er alles van weten. Het nam al mijn tijd in beslag.”

“Uiteindelijk stond het voor mij als een paal boven water dat het menselijk brein niets anders is dan een – intelligente weliswaar – machine waarvan de werking met een wiskundige logica te beschrijven moest zijn. De vraag was alleen, wat is die logica?”

Die verschrikkelijke gebeurtenis leidde dus als het ware tot uw belangrijkste werk, de beschrijving van een Turing-machine?

“Nou ja, Turing-machine. Zo heb ik het zelf natuurlijk nooit genoemd. Maar inderdaad, als je er zo tegenaan kijkt dan heeft Christopher daartoe de aanzet gegeven.”

“Het idee voor een universal computing machine schoot me op een dag te binnen, tijdens het hardlopen. Het idee behelst een machine die in staat is een stukje informatie (bijvoorbeeld een 1 of een 0) te schrijven op een lang lint. Ook is hij in staat informatie die hij eerder op heeft geschreven terug te lezen. Met een paar hele simpele regels kun je dan bijvoorbeeld al optellingen doen met zo’n apparaat. Als deze fictieve machine vervolgens maar genoeg geheugen en voldoende snelheid heeft, dan kun je er complexere berekeningen mee doen.”

Een Turing-machine uitgevoerd in Lego.

“Natuurlijk kon ik deze machine niet bouwen in 1936, daarvoor was de techniek er simpelweg niet. Maar de kracht van het idee lag ergens anders. Het liet zien dat je echt een machine moest kunnen bouwen die ingewikkelde berekeningen deed aan de hand van een paar simpele rekenstappen. We hadden wiskundig opeens een gereedschap om te kunnen bepalen wélke berekeningen je met een computer kon oplossen. En dat in een tijd dat er nog niet eens computers waren…”

Maar toen kwam de Tweede Wereldoorlog en u gooide het eigenlijk over een andere boeg, u werd codekraker.

In dit landhuis in Zuid-Engeland was in de Tweede Wereldoorlog de Government Code and Cipher School gevestigd.

Magnus Manske

“Klopt, ik werd gerekruteerd door de Government Code and Cipher School in Bletchley Park in het zuiden van Engeland. Ze wilden me hebben voor het kraken van de Duitse Enigma-codes. Het was voor de geallieerden van levensbelang dat ze wisten wat de nazi’s communiceerden met bijvoorbeeld hun U-boten in de Atlantische Oceaan.”

“Ik werkte het liefst alleen en sloot me soms dagenlang op. Uiteindelijk wisten we de Poolse Bomba-machine, waarmee de Polen al een eind gevorderd waren in het kraken van de Duitse codes, te verbeteren. Zo rond 1942-43 lukte het steeds beter om de geheime boodschappen te onderscheppen. Later heeft men mij verzekerd dat dit de loop van de oorlog heeft veranderd en honderdduizenden mensen het leven heeft gered.”

“Eigenlijk waren die ervaringen uit de oorlog ook nuttig voor mijn latere werk. Ik was veel in aanraking gekomen met elektronische systemen die hielpen om de codes te kraken. Deze kennis kon ik vervolgens inzetten bij de ontwikkeling van een van de eerste echte computers.”

Een versie van de ACE-computer, die mede werd ontwikkeld door Alan Turing. De machine draaide in 1950 zijn eerste programma op een snelheid van 1 MHz, het was daarmee de snelste computer ter wereld.

Antoine Taveneaux

In 1950 was de mede door u ontwikkelde ACE-computer de snelste in de wereld, met een geheugen van pakweg 25 kilobyte. Wist u dat een gemiddelde computer tegenwoordig al gauw een geheugen heeft van een 100-miljoenvoud.

Turing verslikt zich in zijn thee: “Wat een gigantische vooruitgang! Ik hamerde bij de ontwikkeling van ACE al op de noodzaak van een groot en snel toegankelijk geheugen, maar dit had ik nooit verwacht. Ik kan me bijna niet voorstellen waarom je zoveel geheugen nodig zou hebben…”

“Wat zegt u, u gebruikt thuis een computer? Waarop u muziek afspeelt, foto’s bewerkt en video’s afspeelt? Nou, ik kan u vertellen dat dit in mijn tijd niet aan de orde was. Het laboratorium was het enige domein van de computer. De handvol computers die toen wereldwijd bestonden werden vooral gebruikt voor wetenschappelijke berekeningen, of door het leger voor het verwerken van radarbeelden.”

“U hebt me een beetje overvallen, ik moet dit allemaal even laten bezinken. Ach ja, als ik u in 2070 een dergelijke vraag zou stellen dan weet ik zeker dat u zich ook zou verslikken!”

Wist u dat u tegenwoordig wel eens wordt gerekend tot de honderd belangrijkste wetenschappers van de 20e eeuw?

“Ach, is dat zo? Ja, mijn tijd heeft mij veel kansen geboden, gezien het opkomen van de eerste computers en het uitbreken van de oorlog. Er waren zelfs mensen die me als een ware oorlogsheld zagen.”

“Maar aan die erkenning had ik weinig in 1952, toen ik werd veroordeeld voor homoseksualiteit. Ik mocht als ‘crimineel’ niet meer werken voor de overheid. Ik werd gezien als gevaar voor de nationale veiligheid! Tot overmaat van ramp werd ik voor het blok gezet: of ik moest de cel in of ik moest mij chemisch laten castreren. Wat zou u hebben gekozen? Het was verschrikkelijk. Misschien had ik wat dat betreft beter in uw tijd kunnen leven.”

Heeft dat uiteindelijk ook iets met uw dood te maken gehad?

“Weet u wat er gebeurt als u als man met oestrogeen wordt behandeld? U ontwikkelt vrouwelijke kenmerken. Ik kreeg borsten… Mijn leven was op zoveel vlakken onleefbaar geworden. Ik had de jaren voor mijn dood al verschillende malen aan zelfmoord gedacht. Wat maakt het eigenlijk uit hoe ik de cyanide binnen kreeg?”

Dit artikel maakt onderdeel uit van de serie ‘Uitzinnige Uitvinders gesproken’, waarbij acht beroemde uitvinders ‘fictief geïnterviewd’ worden.

Bronnen:
ReactiesReageer