Naar de content

Gebaren bij 40 graden onder nul

Promovenda brengt Inuit Gebarentaal in kaart

Een groep mensen fietsen op het ijs bij zonsondergang.
Een groep mensen fietsen op het ijs bij zonsondergang.
Joke Schuit

Inuit Gebarentaal wordt door minder dan veertig mensen gebruikt en is daardoor een bedreigde taal. Promovenda Joke Schuit trotseerde de barre weersomstandigheden van Noord-Canada en legde deze bijzondere gebarentaal vast voor het nageslacht en de wetenschap. Ze promoveert op 24 januari.

Per toeval stuitte Schuit tijdens haar studie Taalwetenschap aan de UvA op de Inuit Gebarentaal. “We moesten een presentatie geven over een gebarentaal ergens ter wereld. Om een of andere reden heb ik destijds Canada gegoogeld. Er kwam een rapport naar boven van het Canadese ministerie van Justitie waarin het aantal gebruikers van deze gebarentaal in kaart was gebracht.”

“Aanleiding voor het rapport was dat er dat jaar een dove Inuit voor de rechter was verschenen, en er geen tolk voorhanden was. Door de verspreiding van de gebruikers van Inuit Gebarentaal in kaart te brengen, wilde men uitzoeken of het nut zou hebben om een tolk op te leiden. Ik zocht contact met de auteur van het stuk voor mijn presentatie. Dat leverde me uiteindelijk een uitnodiging op voor een workshop met dove Inuit, ook georganiseerd door het ministerie. Men wilde onderzoeken of er ruimte was om educatiemateriaal op te zetten. De mensen die daar waren kwamen uit vier of vijf verschillende dorpen. Zij waren allemaal bereid om mee te werken aan mijn promotieonderzoek.”

Een groep mensen fietsen op het ijs bij zonsondergang.

Het aantal sprekers van de Inuit Gebarentaal is waarschijnlijk minder dan 40 en ze wonen in verschillende dorpen in de provincie Nunavut in Canada. Nunavut is het grootste gedeelte van het noorden van Canada en daar wonen voornamelijk Inuit. Die 40 mensen wonen verspreid over zo’n 20-25 dorpen. Daarnaast zijn er nog ongeveer twee keer zoveel tweetaligen, die gebarentaal hebben geleerd om met een doof familielid te communiceren.

Joke Schuit

Naar de jachtvelden

Schuit communiceerde in eerste instantie via een tolk met de dove Inuit. “In twee dorpen sprak ik Engels met de tolk. In de andere dorpen was de tolk doof en communiceerden we via Amerikaanse Gebarentaal die ik een beetje had geleerd. En ook via vingerspellen of schrijven. Maar eigenlijk kon ik al heel gauw de Inuit Gebarentaal begrijpen.” Dat het begrijpen snel ging, kwam doordat Schuit langere tijd tussen de Inuit verbleef en zo ondergedompeld werd in hun taal. Niet omdat de Inuit Gebarentaal lijkt op de Nederlandse of Britse Gebarentaal, talen waarmee Schuit al bekend was.

“Wat hetzelfde is, is bijvoorbeeld het gebruik van de ruimte. Je zou misschien verwachten dat de Inuit kleinere gebaren maken in verband met de kou, maar dat is niet zo.” Verder zijn er vooral een aantal belangrijke verschillen aan te wijzen met bekende gebarentalen. Zoals het gebruik van ruimte om werkwoorden te vervoegen. Een dergelijk gebruik van werkwoordsvervoeging komt wel vaker voor, maar dan alleen in stedelijke gebarentalen. Dat zijn gebarentalen in sterk verstedelijkte gebieden, zoals de Nederlandse en Britse Gebarentaal.

De Inuit Gebarentaal deelt de meeste kenmerken met landelijke gebarentalen, die in kleinere dorpen gesproken wordt waar een groot percentage dove mensen woont. Maar landelijke gebarentalen kennen over het algemeen geen werkwoordsvervoeging. Schuit heeft er wel een mogelijke verklaring voor. “In tijden dat de Inuit nog nomadisch waren, waren richtingen heel erg belangrijk. Om te zeggen Ik ga naar de jachtvelden bewoog het werkwoord gaan richting de bestaande jachtvelden. Ik denk dat dat het vervoegen van de werkwoorden aanzwengelde en dat daarom later ook andere werkwoorden op die manier gebruikt werden. Niet meer in de werkelijke ruimte maar wel in de gebarenruimte.”

Circulaire tijdsbeleving

Ook andere verschillen hangen nauw samen met de Inuit-cultuur. De beleving van tijd is er bijvoorbeeld anders, vertelt Schuit. “De Westerse wereld ziet tijd als iets lineairs. In alle gedocumenteerde gebarentalen, bewegen gebaren die de toekomst uitdrukken ook naar voren en de die het verleden uitdrukken naar achteren. De Inuit beschouwen tijd als iets circulairs. Dag en nacht volgen elkaar op.”

“In het Inuktitut, de gesproken taal van de Inuit, zijn er ook wel uitdrukkingen die die metafoor weergeven. In de Inuit Gebarentaal zijn er twee gebaren voor lang geleden: de een beweegt naar voren en de andere naar achter. De keuze voor deze gebaren is willekeurig. Ik heb mensen hetzelfde verhaal zien vertellen en de ene keer was lang geleden naar voren en de andere keer naar achter. Overigens bewegen de gebaren voor een dag in de toekomst en een dag in het verleden wel naar rechts versus naar links, dus op een tijdslijn.”

Wit is overal

Ook ontbreken er een paar woorden in de Inuit Gebarentaal die in andere talen meestal wel voorkomen. Zoals aparte woorden voor vader en moeder. De Inuit Gebarentaal heeft één woord voor ouder. En dan is er nog het ontbreken van de kleur wit. Dat is heel opvallend, aldus Schuit: “Als een taal woorden voor kleuren heeft, zijn dat in ieder geval zwart en wit. Daarna komt rood. De Inuit Gebarentaal heeft alleen zwart en rood.”

“Ik denk dat dat komt doordat de taal heel erg contextafhankelijk is. Als je wilt zeggen dat iets wit is dan is er altijd wel iets wits aan te wijzen. Het grootste gedeelte van het jaar ligt er sneeuw. Alleen juni, juli en augustus is het grotendeels sneeuwvrij. Wit is dus altijd aanwezig en daarom is het niet echt noodzakelijk om er een gebaar voor te maken. Het Inuktitut heeft overigens wel een woord voor wit. Die taal is ook minder contextafhankelijk dan de gebarentaal.”

De Inuit Gebarentaal is waarschijnlijk ontstaan uit gebaren die gebruikt werden tijdens de jacht toen de Inuit nog een nomadisch volk waren. Onder deze bevolkingsgroep is een hoger percentage doven. In Zuid-Canada of in Nederland is 1 op de 1000 mensen doof, bij de Inuit in Noord-Canada is dat 6 op 1000.

Joke Schuit

Bedreigde taal

Het unieke karakter van de Inuit gebarentaal maakt het interessant voor vergelijking met andere gebarentalen. De vastlegging ervan gebeurde nog net op tijd, want Inuit Gebarentaal wordt met uitsterven bedreigd. Dat blijkt alleen al uit de hoge leeftijd van Schuits informanten. “De jongste gebarentaalspreker die ik interviewde was veertig. De anderen waren in de zestig en zeventig. Een van mijn informanten is afgelopen jaar overleden. Toen was het opeens wel heel erg duidelijk dat ik bezig was met het documenteren van een taal die aan het uitsterven was. Want ook de horenden die gebarentaal spraken met die dove persoon zien dan geen noodzaak meer om die taal te gebruiken.”

Dove Inuit kinderen leren tegenwoordig de Amerikaanse Gebarentaal. Amerikaanse Gebarentaaltolken worden speciaal ingevlogen om deze kinderen en hun ouders te ondersteunen. Niet iedereen ziet daarom nog de noodzaak van de instandhouding van Inuit Gebarentaal. Maar met het verdwijnen van de Inuit gebarentaal, verdwijnen ook gebaren voor dieren en planten die de Inuit dagelijks tegenkomen. “Die woorden hebben kinderen nodig om hun eigen omgeving te kennen. Ik ben daarom blij betrokken te zijn bij een klein educatief project, waarbij dove Inuit kinderen in ieder geval die gebaren leren, die uniek zijn voor hun cultuur.”