Naar de content

Hoe Nederland geboren werd

Wikimedia Commons, Publiek domein

Nederland werd rond 1580 ‘geboren’ door middel van drie belangrijke documenten die de onafhankelijkheid van Spanje bevestigden. Historici Coos Huijsen en Geerten Waling laten zien waarom de Unie van Utrecht, de Apologie van Willem van Oranje en het Plakkaat van Verlating zo belangrijk waren.

Tijdens de Maand van de Geschiedenis, met het thema Opstand, haalt NEMO Kennislink elke week een artikel uit haar enorme archief dat hier bij aansluit. We beginnen met de Opstand der opstanden, de Tachtig Jarige oorlog, waaruit Nederland geboren werd.

Toen de Amerikaanse president Barack Obama in 2014 het Rijksmuseum in Amsterdam bezocht, liet premier Mark Rutte hem een bijzonder historisch document zien. Het was het Plakkaat van Verlatinghe, een uitvoerige tekst uit 1581 waarin de Staten Generaal van de Nederlanden verklaarden de Spaanse koning Filips II, die op dat moment over dat gebied heerste, af te zweren als vorst. Maar het zou nog tot 1648 duren voordat de ‘Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden’ daadwerkelijk door Spanje erkend werd.

Premier Rutte laat president Obama het Plakkaat van Verlating zien in het Rijksmuseum

wikimedia commons

Historicus Rutte legde het Plakkaat van Verlating aan Obama uit als de Nederlandse Declaration of independence. Het was voor het eerst dat een gebied via deze ‘officiële’ weg afstand nam van een vorst. Op de bijzondere argumenten in de tekst over waarom de Spaanse koning geen recht meer had om soeverein vorst over de Nederlanden te zijn, zou (onder andere) in 1776 de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring gebaseerd worden. Het idee dat onderdanen er niet zijn voor de vorst, maar de vorst er is voor zijn onderdanen, was in die tijd revolutionair. Het was het begin van wat we nu kennen als de essentie van volkssoevereiniteit.

‘Geboortepapieren’

Het Plakkaat is een van de drie documenten die historici Geerten Waling en Coos Huijsen de ‘geboortepapieren van Nederland’ noemen. De andere twee zijn de Unie van Utrecht uit 1579 en de Apologie van Willem van Oranje uit 1581. Deze drie documenten, die kort na elkaar ontstonden, markeerden een belangrijke wending in de lange onafhankelijkheidsstrijd tegen Spanje.

Willem van Oranje, een jonge graaf uit Nassau die op elfjarige leeftijd het graafschap Orange in Zuid-Frankrijk had geërfd, had zich in korte tijd ontpopt tot leider van de opstand en de grote tegenspeler van de nieuwe Spaanse koning Filips II. Die benoemde Willem weliswaar in 1559 tot stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht, maar de relatie tussen beide heren liep al snel scheuren op. Eerst vooral vanwege Willem’s principiële verzet tegen Filips bloedige vervolging van Protestanten in de Nederlanden, later omdat hij het voortouw nam in de strijd voor algemene vrijheid en verdraagzaamheid.

Uit de begintijd van de opstand, die rond 1572 steeds meer een militair karakter begon te krijgen, stamt ook het Nederlandse volkslied: het Wilhelmus, het oudste volkslied ter wereld. Dit heldenlied bezingt Willem van Oranje, die ‘lijf en goed’ had geofferd voor de Opstand. Maar rond die tijd worstelde Oranje nog met zijn loyaliteit. De dichter (vermoedelijk Marnix van Sint-Aldegonde, een van de vroege vertrouwelingen van Oranje) laat hem zeggen: ‘den vaderland getrouwe, blijf ik tot in den dood’. Gevolgd door ‘den koning van Hispanje heb ik altijd geeërd.’ Oranje – en met hem een groot deel van de Nederlanders – waren zowel loyaal aan hun Nederlandse vaderland, als aan de Spaanse koning.

Verenigd ‘alsof zij slechts één provincie waren’

Het begin van de opstand is enigszins arbitrair maar ligt traditioneel in 1568, bij de slag bij Heiligerlee (al is dat maar omdat de periode tot de erkenning van de Republiek in 1648 dan precies tachtig jaar is). Die tachtigjarige onafhankelijkheidsstrijd was dus al enige jaren bezig toen rond 1580 de drie ‘geboortepapieren’ van Nederland ontstonden. Maar zo rond 1580 vormen ze wel een belangrijke wending in die strijd.

Eind jaren 1570 raakten de Zuidelijke Nederlandse gewesten ontevreden met de Opstand, en vooral met de godsdienstpolitiek van Willem van Oranje. Ze besloten zich in januari 1579 te verenigen in de Unie van Atrecht (Arras), zich te verzoenen met Filips II en het katholicisme weer als enige toegestane godsdienst te accepteren. Als reactie hierop organiseerden de zeven noordelijke provincies zich in de Unie van Utrecht, vastbesloten de strijd onder leiding van de slimme en charismatische Oranje voort te zetten.

In de Unie van Utrecht, het eerste en belangrijkste geboortepapier van Nederland, waren de zeven gewesten verenigd ‘alsof zij slechts één provincie waren’. Boven het originele document stond de titel ‘Verhandeling van de Unie, eeuwig verbond en eendracht’. Het document voorzag in verregaande financiële en politieke implicaties voor de ondertekenaars. Het centrum van de bestuurlijke macht lag voortaan bij de Staten Generaal, die alleen unaniem beslissingen kon nemen. De Nederlanden kregen hiermee het losjes georganiseerde parlementair bewind dat het tot het einde van de Republiek in 1795 zou houden.

Verontschuldiging

In de zomer van 1580 besloot Filips II Willem van Oranje vogelvrij verklaard: al zijn politieke rechten werden hem afgenomen. Hij schreef een uitvoerige apologie (verontschuldiging) waarom hij niet anders kon dan de strijd voortzetten en zijn koning afvallen. De Apologie is een persoonlijk en emotionele verdediging, maar het is net zo goed een propagandatekst. Met de tekst wilde Oranje de opstand rechtvaardigen en veranderen van een burgeroorlog in een legitiem verzet tegen een buitenlandse onderdrukker.

Oranje stelde dat Nederlanders zich in goed vertrouwen aan de voorouders van Filips II hadden onderworpen. Maar door tiranniek op te treden had Filips die eed geschonden, wat ook Willem van Oranje ontsloeg van zijn verplichtingen aan hem. En dat gold in brede zin voor alle Nederlanders. Oranje somt in zijn Apologie een hele reeks tirannieke misstanden op waaraan Filips zich schuldig had gemaakt. Het was een rechtvaardiging van Oranjes eigen strijd tegen Spanje, maar ook die van het hele Nederlandse volk. En een legitimatie voor de Staten Generaal om de koning te verlaten en een nieuwe soeverein aan te wijzen.

Dat gebeurde dus nog geen half jaar later met het Plakkaat van Verlating, de Nederlandse onafhankelijkheidsverklaring. Ook het Plakkaat was een slimme combinatie van politieke theorie en propaganda. De beslissing van de Staten Generaal om de Spaanse koning te verlaten mocht niet lijken op muiterij tegen een wettige vorst, anders konden de opstandige Nederlanden elke buitenlandse hulp wel vergeten.

Vorst en volk

Het feit alleen al dat er een flinke uiteenzetting nodig was om de Opstand te rechtvaardigen toont al aan dat de beslissing niet vanzelfsprekend was en een gewaagde politieke zet betekende. De tekst van het Plakkaat was revolutionair. In latere eeuwen zou het een blauwdruk worden voor hoe een opstand moest worden gerechtvaardigd, en hoe een volk dat onderdrukt werd zijn soevereiniteit kon terugeisen. Over de relatie tussen vorst en zijn onderdanen zegt het plakkaat: ‘zijn onderdanen zijn niet door God geschapen te zijnen behoefte,’ ‘De vorst is er daarentegen ter wille van zijn onderdanen – want zonder hen is hij geen vorst.’

Dit idee van een soort wederzijdse afspraak tussen vorst en volk – een sociaal contract – zal later groot worden gemaakt door Verlichtingsdenkers als de Engelsman John Locke. Het bereikt een hoogtepunt tijdens de Amerikaanse en Franse revoluties. Maar de wortels van dit moderne denken liggen voor een belangrijk deel in Nederland. De papieren zijn te bewonderen in het Nationaal Archief in Den Haag, waar het Plakkaat, de Unie van Utrecht en de Apologie bewaard worden.

Meer lezen

De geboortepapieren van Nederland. Unie van Utrecht, Apologie en Plakkaat van Verlating in hedendaags Nederlands. Ingeleid door Coos Huijsen en Geerten Waling. (Uitgeverij Elsevier, 2014)

ReactiesReageer