Naar de content

'Stralend' glas op verzamelaarsbeurs

Het komend weekend is op de verzamelaarsjaarbeurs in Utrecht een fraaie collectie ‘Anna groen glas’ te zien. In een verduisterde ruimte zijn zo’n 500 glazen objecten tentoongesteld die onder invloed van UV-licht uit een blacklight een indrukwekkende groene glans afgeven. Het ooit ook in Leerdam geproduceerde glas dankt zijn ‘stralende’ voorkomen aan de aanwezigheid van uraniumzouten. Hoe werkt dat? En is dat uraniumglas gevaarlijk?

Een jaar of vijf is Wil Smeets van glasatelier Art Deco uit het Limburgse Tegelen nu in de greep van het Anna groen glas. Vrijwel ieder weekend struint hij rommelmarkten en glastentoonstelling af, gewapend met een handzame blacklight. “Als je goed kijkt dan kun je het bijzondere glas ook zó wel herkennen”, zegt hij, “maar pas onder UV licht weet je zeker dat je Anna groen glas te pakken hebt”. Inmiddels heeft hij een fraaie collectie weten op te bouwen van ruim 700 voorwerpen.
Soms kost het hem een paar euro, soms ook veel meer. Er blijkt een enthousiaste kring collectioneurs te zijn die – onder andere via internetsites als Marktplaats en E-Bay – behoorlijke bedragen vraagt voor het mysterieuze glaswerk. Smeets’collectie is dit weekend voor het grootste deel te zien op de verzamelaarsjaarbeurs in Utrecht.

Anna groen glas werd voor het eerst vervaardigd in de eerste helft van de negentiende eeuw. Op het Europese continent was het de Boheemse glasfabrikant Franz Xaver Anton Riedel die destijds met allerlei toevoegingen experimenteerde om glas te kleuren. Zouten van uranium, dat aan het eind van de voorgaande eeuw ontdekt was, leken geschikt als gele kleurstof. Ze bleken bij toepassing een heel bijzonder effect te hebben, want onder invloed van zonlicht straalde het glas zelf een groenig licht uit. Riedel vernoemde de nieuwe mysterieuze glaskleuren naar zijn dochters Anna en Eleonora. Alleen de benaming ‘Annaglas’ of ‘Anna groen glas’ heeft de tand des tijds doorstaan.

Anna trouwde met haar neef Josef Riedel die als eerste glasfabrikant het nieuwe glas grootschalig ging produceren. Hij gebruikte uranium uit de mijnen van het Oostenrijkse St Joachimstal, in feite de eerste ‘nucleaire’ industrie ter wereld. Afvalproducten van de uraniumfabriek aldaar werden later door het echtpaar Pierre en Marie Curie gebruikt bij hun onderzoek naar radioactiviteit. Overigens blijkt rond dezelfde tijd ook in het Britse koninkrijk al uraniumglas te zijn vervaardigd. Whitefriars Glass Works in Londen schonk in 1836 een stel kandelaars uit uraniumglas aan Queen Victoria.

Ook andere producenten zoals Glasfabriek Leerdam namen uraniumglas in het assortiment. Er werd verder geëxperimenteerd, bijvoorbeeld door het bijvoegen van beendermeel om kleurnuances aan te brengen. Naar schatting werden wereldwijd alleen al in de negentiende eeuw vele duizenden tonnen uraniumglas geproduceerd. Het glas kreeg toepassing in kunstwerken, maar ook in Art Deco lampen, glazen schalen, wijnroemers, medicijnflessen, huishoudelijke voorwerpen en glazen bijouterieën. Kralen kettingen kregen in Afrika een curieuze toepassing als betaalmiddel. Locomotieven en auto’s werden soms uitgerust met (mist)lampen uit uraniumglas.

Toen de nucleaire inspanningen van de strijdende partijen in de Tweede Wereldoorlog tot confiscatie van vrijwel alle uraniumgrondstof leidde, kwam een eind aan de grootschalige productie van het bijzondere glas. De vele ‘stralende’ voorwerpen werden het doel van verzamelaars.

Fluorescentie

In relatie tot het oplichten van het glas onder UV-licht is de term straling niet helemaal juist. Het achterliggende principe is fluorescentie. Daarbij zendt een materiaal pas licht uit wanneer het door licht van een andere golflengte wordt bestraald. Het inkomende licht wordt opgenomen door elektronen (in dit geval van uraniumoxide – het anion in het uraniumzout), die daardoor in een instabiele, ‘aangeslagen’ toestand komen. Bij hun terugkeer naar een stabiele situatie zenden de elektronen zelf licht uit. In dit proces gaat energie verloren. Daarom is het uitgezonden licht van een grotere golflengte dan het ingestraalde licht.

Was het anderhalve eeuw geleden nog bijzonder, tegenwoordig is fluorescentie tamelijk alledaags. Het is bijvoorbeeld het achterliggende principe in een TL-buis. Die bevat een klein beetje kwikdamp, dat onder spannig gestimuleerd wordt tot het uitzenden van UV-licht. Het TL-licht onstaat in een poeder aan de binnenzijde van de buis, dat onder invloed van dat kwik-UV-licht gaat fluoresceren.
Ook het bekende effect van de oplichtende witte kleding in de discotheek is het gevolg van fluorescentie. De UV-straling van de blacklight wordt opgenomen door moleculen die bij het wassen in de kleding zijn achtergebleven. Deze ‘optische witmakers’ verminderen de grauwsluier die bij vaak wassen over de kleding komt. Ze fluoresceren onder invloed van UV-licht.
Fluorescentie is verder een belangrijk hulpmiddel in wetenschappelijk onderzoek. De Nobelprijs voor de scheikunde werd dit jaar toegekend voor het ontwikkelen van een methode om biochemische processen in kaart te brengen met behulp van een fluorescerend eiwit.

Gevaarlijke straling?

In een ander opzicht is straling helemaal geen verkeerde term voor wat er in Anna groen glas gebeurt. Want vanwege de aanwezigheid van het uranium zijn de glazen voorwerpen natuurlijk radioactief. Wellicht dat juist die ‘spannende’ aanwezigheid van uranium in de tegenwoordige tijd wel bijdraagt aan de ‘mysterieuze’ ervaring bij het waarnemen van de groene gloed. Maar is het gevaarlijk? Dat blijkt erg mee te vallen. In een rapport over de stralingsbelasting van de bevolking besteedde de Britse Health Protection Agency in 2005 aandacht aan uraniumglas (in het Engels ook wel ‘vaseline glass’ genoemd vanwege het vasline-achtige matgelige voorkomen). De stralingsbelasting van verzamelaars die hun objecten uitstallen wordt daarbij ‘verwaarloosbaar’ genoemd – al kunnen sommige diepgekleurde objecten die veel uraniumzout bevatten een Geigerteller behoorlijk aan het ratelen krijgen.

Zie ook: