Naar de content

Trillingen sporen zwakke fundering op

Veel oude panden in Nederlandse steden hebben problemen met de fundering. Het ingenieursbureau van Rotterdam ontwikkelt een slimme manier om dankzij trillingen snel en goedkoop slechte funderingen op te sporen.

In Nederlandse steden zoals Rotterdam, Delft en Amsterdam zijn verzakkingen en scheurvorming bekende problemen. Meestal is er dan iets mis met de fundering, die vaak bestaat uit houtenpalen. Nu nog is er een tijdrovend en vrij kostbaar (5000 euro) onderzoek nodig om vast te stellen of er daadwerkelijk funderingsproblemen zijn.

De gemeente Rotterdam ontwikkelt een slimmere manier, die werd bedacht door geotechnisch adviseur Andre Opstal van de gemeente Rotterdam. Op de straat wordt een generator gezet, die trillingen veroorzaakt.

Afwijkend beeld

“Die zijn zo laag dat we ze niet horen, maar wel kunnen voelen”, zegt Opstal. “Die trillingen gaan door de grond heen en komen via de palen (de fundering) in het huis aan.” Via een apparaatje op de binnenmuur van het huis, worden de trillingen vervolgens weer afgelezen.

Hoe wordt een slechte fundering herkend? “Een slechte fundering geleidt trillingen minder goed”, zegt geotechnisch adviseur Don Zandbergen (gemeente Rotterdam). “We meten bij alle huizen in een straat en daarbij zoeken we naar een afwijkend beeld. Bij het eerste huis ijken we de generator, door trillingen met een bepaalde frequentie en amplitude (sterkte) uit te zenden. Dat kan steeds weer anders zijn en heeft ook te maken met bijvoorbeeld de ondergrond.”

Vervolgens wordt bekeken hoe de trillingen per huis worden doorgegeven. “Is dat bij een of twee huizen heel anders dan de rest? Dan gaan we die beter bekijken. Treedt daar scheurvorming op? Dan is het waarschijnlijk ook verstandig om een put te graven om de fundering te bekijken”, zegt Opstal.

Kennis delen

Het kan uiteraard ook gebeuren dat de hele straat afwijkt of dat het pand waarbij het apparaat werd geijkt een slechte fundering heeft. “Maar daar komen we door de meetresultaten van de verschillende panden met elkaar te vergelijken dan vanzelf achter”, aldus Zandbergen.

De methode moet een eind maken aan de huidige, omslachtige manier. Opstal: “nu wordt in een straat ieder tweede pand onderzocht. Dat kost veel tijd en zorgt voor overlast omdat de straat open gebroken wordt en kabels en leidingen vaak in de weg liggen.”

De techniek van de methode is nagenoeg uitontwikkeld. De gemeente Rotterdam zoekt momenteel een straat om het te beproeven. “We willen de kennis ook graag delen met andere gemeenten”, zegt Zandbergen.