Naar de content

Waar ben je veilig voor de bliksem?

Blikseminslag boven een stad met huizen op de achtergrond.
Blikseminslag boven een stad met huizen op de achtergrond.
Milan Šurbatović

Op 18 september 2014 verschijnt het tweede vragenboek van Kennislink. Een boek met 101 slimme vragen, ingestuurd door onze lezers. In ’Waarom drinken we zoveel koffie?’ combineren we wetenschappelijke diepgang met heldere uitleg. Een voorproefje.

Een bliksemschicht verlicht de hemel, daarna klinkt een harde donder. Dit natuurgeweld leidt jaarlijks tot enkele doden. Gelukkig zijn er plekken waar je minder risico loopt dat de bliksem je treft.

Binnen in huis loop je het minste risico dat de bliksem je treft. Maar aan die wetenschap heb je niet zoveel als je buiten in het open veld door het onweer wordt overvallen. “Dan moet je jezelf zo klein mogelijk maken. Bijvoorbeeld door te hurken en je voeten tegen elkaar aan te houden”, zegt onderzoeker Rob Groenland van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI).

Wie bij bliksem in een open veld is, bevindt zich in een ‘nare situatie’, benadrukt Groenland. De bliksem hoeft niet eens direct iemand te raken om een slachtoffer te maken. Als de inslag een paar honderd meter verder is, ontstaat een elektrisch veld in de grond. “Het is vergelijkbaar met een steen die je in het water gooit. In beide gevallen ontstaan kringen rond de inslag.”

Stel dat je met twee benen uit elkaar staat. Dan zit de linkervoet in een ander deel van het elektrisch veld dan de rechtervoet. “Dit is een potentiaalverschil dat optreedt doordat het elektrisch veld verschillende waardes heeft bij de linker- en rechtervoet. Als dat verschil groot genoeg is, gaat er een stroom door je heen lopen. Dat kan je ernstig verwonden en zelfs doden. Het is vergelijkbaar met een flinke schok. Relatief veel koeien gaan dood door blikseminslagen doordat hun voor- en achterpoten zo ver uit elkaar staan.”

Blikseminslag boven een stad met huizen op de achtergrond.

Bliksem, donder, noodweer, onweer

Milan Šurbatović

Daarom het advies: hurken (hoe kleiner je bent hoe minder kans dat de bliksem in jou slaat) en beide voeten bij elkaar. “In die houding is er maar één contactpunt en ontstaat geen verschil tussen de linker- en rechtervoet.”

Daarnaast is het verstandig om hoge punten te mijden, zoals bomen en hekken. Ook een vochtige boomschors trekt de bliksem aan. “Vlak voor een bliksemontlading raakt de lucht geïoniseerd. Het aardoppervlak is namelijk positief geladen en de wolk negatief. Daartussen ontstaat een kanaal, dat de weg van de minste weerstand zoekt. Soms geeft het materiaal de doorslag, soms de hoogte. Een toren, vochtige boomschors of metalen hek is dan ideaal.”

Bij bliksem zijn er grofweg twee stadia. Tijdens het eerste stadium ontstaat er een verschil in geladen deeltjes in de wolk. Waterdruppels en ijskristallen hebben een omgekeerde lading, waardoor de ijsdruppels naar boven gaan en water naar beneden. Dat zorgt ook weer voor een tegengestelde lading tussen de wolk en het aardoppervlak.

Dit leidt tot de tweede fase: de vorming van de bliksem. De eerste fase wordt door de wetenschap goed begrepen. “Maar hoe de bliksem zich precies vormt in een kanaal is nog raadselachtig. Men probeert in laboratoria bliksem na te bootsen om het proces beter te snappen.”

Ook in een auto ben je veilig, zelfs als de bliksemschicht de auto raakt. Dan zit je in een kooi van Faraday, een vernoeming naar de beroemde natuur- en scheikundige Michael Faraday. Hij ontdekte dat bliksem niet door een kooivormige constructie van geleidend materiaal dringt, maar buitenom weg wordt geleid. Moet je dan nog wel uitkijken bij het uitstappen omdat door de rubberbanden niet alle lading de kans heeft gekregen om weg te vloeien? “Dat is gelukkig een broodje-aapverhaal . De lading stroomt al in een fractie van een seconde weg via de banden,” zegt Groenland. Je kunt dus rustig uitstappen.

101 slimme vragen

Het tweede vragenboek van Kennislink verschijnt op 18 september! Een boek met , ingestuurd door onze lezers, met antwoorden vanuit de wetenschap. In ‘Waarom drinken we zoveel koffie?’ combineren we wetenschappelijke diepgang met heldere uitleg. Al onze vakgebieden komen er in aan bod, van biologie tot natuurkunde, taalwetenschap en geschiedenis. Voorbeelden van vragen:

- Is energiedrank gevaarlijk?
- Kun je op je intuïtie vertrouwen?
- Kun je je dood vervelen?
- Waarom groeien spieren als je ze traint?
- Hoe landt een vlieg op het plafond?
- Waarom zie je dubbel als je dronken bent?
- Heeft het zin om met een loterij mee te spelen?

En heb je zelf een nieuwe vraag? Stel hem hier

Bertram & de Leeuw
ReactiesReageer