Naar de content

Tijdens oorlogen vallen er niet alleen burgerslachtoffers, de geschiedenis wordt ook vernietigd. In Gaza vallen er nu niet alleen bommen op huizen en ziekenhuizen maar ook op archieven. Ook in Irak, Syrië, Libanon en Palestina sneuvelen archieven, musea, bibliotheken en universiteiten. Wat voor gevolgen heeft dit voor de historische erfenis van die landen en wetenschappelijk onderzoek?

Tussen al het dood en verderf door het Israelisch offensief tegen de bevolking in Gaza, bombardeerde Israël op 6 december het centrale archief van Gaza. Daar lagen duizenden historische archiefstukken. Sommigen van die stukken waren zelfs al honderden jaren oud. Dit is geen nieuw fenomeen. In 1983 werd het Palestijns Onderzoeks Centrum, destijds gevestigd in Libanon, ook al vernietigd. Deze recente aanval op het Palestijnse archief in Gaza is een weerspiegeling van een langdurig patroon van het vernietigen van bibliotheken, musea, archieven, academici en universiteiten in de bredere regio, waaronder Irak, Syrië, Libanon en Palestina door grootschalig militair ingrijpen.

Kennis behouden

Historica Laila Hussein Moustafa stelde terecht de vraag: hoe behouden we kennis over landen waar archieven worden vernietigd en waar de toegang tot het land onmogelijk wordt gemaakt door systematisch geweld? In het geval van Irak alleen al meldde UNESCO dat een aanzienlijk deel van het menselijk erfgoed van bijna 20 eeuwen werd vernietigd door de Amerikaanse bezetting van Irak in 2003, met alle daaruit voortvloeiende gevolgen.1

Universiteiten in de Arabische regio hebben niet alleen te maken met geweld. Ook golven van privatisering beperken de financiering van onderzoek. Dit heeft de rol van dergelijke instellingen in het onderzoeksveld sterk verminderd. Het zorgt voor een impact op het soort onderzoek dat tegenwoordig voornamelijk op afstand wordt uitgevoerd door westerse universiteiten, met beperkte toegang tot archieven of informanten. Dit vergroot het risico op eenzijdigheid in de kennisproductie over landen zoals Irak en de omliggende landen. Als gevolg hiervan ontbreekt vaak gedetailleerde kennis. Normaal gesproken kwam deze kennis van onderop in onderzoek naar landen in het mondiale zuiden en functioneerde als een belangrijk gewicht tegen eenzijdigheid en simplificaties voor in onderzoek naar Noord-Afrika en West-Azië. Dit ondermijnt nuance en veelzijdigheid die wetenschap hoort te hebben in haar methodes.

In beslag genomen archief

Hoe het archief van de Baath-partij, dat momenteel gehuisvest is in de Verenigde Staten, wordt gebruikt in onderzoek is een typisch voorbeeld hiervan. In 2003 werd dit partijarchief naar de Verenigde Staten gebracht. Dit gebeurde onder het voorwendsel van het onderzoeken van informatie over zogenaamde massavernietigingswapens. Ook wilden ze deze informatie gebruiken tegen het verzet in Irak tijdens de bezetting. Toen al snel bleek dat geen van beide doelen het verloop van de Amerikaanse bezetting vergemakkelijkte, werd het archief gedoneerd aan het Hoover Instituut, met claims dat dit het meest complete archief is om Irak te begrijpen.

Bombardement op Gaza in oktober 2023

Palestinian News & Information Agency (Wafa) in contract with APAimages, CC BY-SA 3.0 via Wikimedia Commons

Het willekeurig in beslag nemen van zo’n groot archief zorgt niet alleen voor grote ethische problemen. Je ontzegt daarmee ook een hele bevolking de mogelijkheid om hun eigen geschiedenis te bestuderen. Dit archief leidt ook tot een gebrek aan lokale context in het soort onderzoek dat ermee wordt uitgevoerd. Zonder grondige taalkennis, begrip van de context, een kritische blik op bronnen en bekendheid met publieke debatten in de regio met betrekking tot de Baath-partij, resulteren publicaties voornamelijk in het kritiekloos reproduceren van vooroordelen van de Baath-partij (https://www.h-net.org/reviews/showrev.php?id=55977 ).

Race tegen de klok

In mijn eigen onderzoek over Irak tijdens de Baath-partijregering, hou ik juist interviews met getuigen uit die tijd en lees ik naast staatsdocumenten ook oppositiekranten, documenten van rivaliserende landen in de regio en die van de Verenigde Staten en Europa. Hoewel het combineren van verschillende onderzoeks- of analysemethoden bij onderzoek naar landen zoals Irak steeds moeilijker wordt, ben ik ervan overtuigd dat een brede aanpak zoals deze essentieel is om kwalitatief kritisch werk te kunnen leveren. Echter, zolang oorlog en interventie de norm blijft in de Levant, blijft dit een race tegen de klok.

1 Moustafa, Laila Hussein. “Cultural heritage and preservation: lessons from World War II and the contemporary conflict in the Middle East.” The American Archivist 79.2 (2016): 320-338.

ReactiesReageer